Opletten in Park Waterland.
Opletten in Park Waterland. Foto: Anita Tempelman

Eikenprocessierups in Park Waterland

Actueel 1.468 keer gelezen

Spijkenisse/Hekelingen – In Park Waterland zijn een tiental eikenbomen gemarkeerd met een rood-wit lint. In de bomen is de eikenprocessierups aangetroffen. Of de markering alleen bedoeld is om bezoekers te waarschuwen, of dat de rupsen bestreden gaan worden, is niet bekend.

De brandharen kunnen bij aanraking allergie, huiduitslag, zwellingen, rode ogen en jeuk veroorzaken. In de meeste gevallen verdwijnen de klachten vanzelf. Niet alle personen zijn even gevoelig voor de brandharen. In zeldzame gevallen kunnen andere verschijnselen zoals braken, duizeligheid en koorts ontstaan. Ook andere dieren, met name honden, kunnen last hebben van de brandharen van de rups.

Brandharen
De rupsen hoeven niet te worden aangeraakt om in contact te komen met de brandharen. De haartjes verspreiden zich met de wind en kunnen zo in contact komen met wandelaars of fietsers. Deze verschijnen vanaf ongeveer half mei tot eind juni op de rupsen. De brandharen zijn ongeveer 0,2 tot 0,3 millimeter lang, pijlvormig en hebben weerhaakjes. De haren, die bij een bedreiging worden afgeschoten, kunnen dan makkelijk de huid, de ogen en de luchtwegen binnendringen en blijven ook na het vertrek van de rupsen in de nesten, die aan de stammen en dikke takken hangen, aanwezig.

Eiken
Gedurende de winter overwintert de rups als pop in de bodem nabij een eik. Nadat uit de pop de vlinder te voorschijn komt gaat deze naar de top van een boom om, na te hebben gepaard, bij het jonge blad haar eitjes te leggen. De larve die hier uitkomt is een blad vretende rups die vooral op eiken voorkomt. In Nederland en Vlaanderen ontwikkelt de rups zich steeds vaker in zulke grote aantallen dat van een plaag gesproken kan worden. De processierups zit vooral in gesponnen nesten aan de zonnige zuidkant van de eikenstammen in lanen en parken. De nesten bestaan uit een dicht spinsel met vervellingshuidjes, brandharen en uitwerpselen.

Herken de rups
De eitjes komen in april of mei uit, tegelijk met de eerste bladeren van de eik. De rupsen zijn dan oranjeachtig gekleurd en verandert daarna in grijsgrauw met lichtgekleurde zijden. Na de derde vervelling krijgen de rupsen de donkere brandharen op de rug. De rupsen zijn tot 3,5 cm lang en vervellen zes of zeven keer voordat ze in een onopvallende nachtvlinder veranderen. Begin september zetten de vrouwtjesvlinders hun eitjes af in de toppen van eikenbomen.

Natuurlijke vijanden
Natuurlijke vijanden van de rups zijn onder andere sluipwespen, sluipvliegen en de koolmees. Ook een kever, de grote poppenrover, is een natuurlijke vijand, maar deze is sinds de jaren '50 niet meer aangetroffen in Nederland.

Voorkomen van een plaag
Door vroegtijdig ingrijpen kan soms een plaag worden voorkomen. Dit gebeurt door een biologisch of chemisch bestrijdingsmiddel te spuiten in de toppen van eikenbomen waar nesten van de rups zijn aangetroffen. Een andere manier van bestrijding is het wegzuigen van de rupsen, waarna ze direct of later bij een temperatuur van minimaal 600 graden Celsius worden verbrand. Ook mogen opgezogen rupsen op een veilige plaats worden begraven, de plek dient dan gedurende acht jaar onaangeroerd te blijven. Zuigen wordt vooral toegepast om geen andere vlindersoorten te treffen, wat met name bij gebruik van gif wel het geval is.

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant

Uit de krant