1941: de Ring in Zuidland.
1941: de Ring in Zuidland. Foto: www.zuidlandonsdorp.nl

75 jaar bevrijding - de oorlogsjaren in Zuidland, deel 1 (naar de aantekeningen van Arie van der Pols)

Algemeen 1.566 keer gelezen

Op de avond dat het Levenslicht in Zuidland te zien was, nam Hans Aalbersberg de aanwezigen in de Dorpskerk mee naar de oorlogsjaren in Zuidland.

Zijn verhaal was een verkorte samenvatting van het boekje dat hij jaren geleden had geschreven voor zijn leerlingen, om hen meer over de oorlog in Zuidland te vertellen. De informatie voor dat boekje kreeg hij van Adrie van der Pols en de heer Buis. Omdat het belangrijk is dat de verhalen bewaard blijven, maar ook doorverteld worden, plaatsen we in Groot Nissewaard de tekst van dit boekje. Zodat iedereen kan zeggen 'Dat mag NOOIT meer gebeuren!'

1940
Een van de eerste dingen die Zuidland merkte van de oorlog was het inkwartieren van het Nederlandse leger. Op verschillende plaatsen in het dorp moesten Nederlandse soldaten worden ondergebracht. Ook moest er hooi komen voor hun paarden. Dit gebeurde in de tijd tussen 22 april - 14 mei 1940.

Op 10 mei worden de Zuidlanders wakker, 4 uur 's morgens, van schieten: het is oorlog. Gelukkig bleef ons dorp gespaard op die dag. Op 14 mei kon je vanuit Zuidland Rotterdam zien branden. De stad was door de Duitsers gebombardeerd om de Nederlandse tegenstand te breken. De hemel zag bloedrood van het vuur.

Op 25 mei moest het Nederlandse leger zich overgeven. De soldaten worden naar huis gestuurd, en ook enkele Zuidlandse jongens kwamen terug.

Langzamerhand begon je ook in ons dorp wat meer te merken van oorlogshandelingen:

5 juni werd een paard dodelijk getroffen door een scherf van een granaat (bom), op 6 juni stort een Engelse bommenwerper neer bij Simonshaven. De twee vliegers verdronken In het Haringvliet.

Op 15 juni moet de gemeente Zuidland van de bezetters grond en materiaal leveren voor het opbouwen van een zoeklicht, een barak voor de soldaten die het ding moesten bedienen en een motor, die stroom moest leveren.

Het licht stond op een landje waar nu de Burgemeester Kremerlaan is, drie jaar lang. Zoeklichten werden door de bezetter gebruikt om Engelse vliegtuigen te vangen in een lichtbundel (de Engelsen vlogen vaak 's nachts) om ze dan te kunnen neerhalen met een kanon. Op 12 juli is er zo'n "lucht - en licht schouwspel", zoals Adrie het noemt, boven Zuidland geweest.

De Engelse piloten werden voor dit soort aanvallen getraind en konden met hun propellervliegtuigen de gekste bewegingen maken om uit de lichtbundel te vliegen. Op 3 augustus werd in Zuidland, op een veldje achter waar nu Bernissesteijn staat, een houten kanon geplaatst, een namaak - afweergeschut, in de polder Nieuwe Kade. De bedoeling hiervan was, dat de Engelsen dat geschut zouden aanvallen, maar in de bosjes een eindje verderop stond het echte kanon om van opzij de aanvaller neer te halen. De boer van wie het land was waar dit ding werd neergezet maakte een lijstje van de schade en de kosten:

20 roeden bonen
100 roeden aardappelen
200 roeden erwten
2 nieuwe spaden meegenomen
1 nieuwe vork totaal onbruikbaar gemaakt

Totaal zo'n 400 gulden (180 euro) schade. (een hoop geld voor die tijd!)

In heel Nederland waren er nogal wat mensen te vinden die de komst van de bezetters wel prima vonden. Vaak waren deze mensen lid van de Nationaal Socialistische Beweging, de NSB.

NSB - ers had je overal, en dus ook hier in ons dorp. Zij vroegen op 28 augustus aan de gemeente een 'clubhuis', voor vergaderingen en zo. Ze kregen daarvoor een zaal van een kleuterschool. Dat zaaltje bestaat nu niet meer. In het dorp zag je vaak NSB - jeugdgroepjes marcheren, in uniform, soms ook met dolken. Zij plakten het dorp vol met reclameplaten voor de NSB, het Duitse leger en de Duitse marine en de Arbeidsdienst. Die platen werden door de jeugd en de volwassenen kapot gescheurd of vol gekliederd met 0 Z 0 (Oranje Zal Overwinnen) Dat OZO zag je veel op muren en straten gekalkt met krijt. Verder was de NSB actief met het collecteren voor de Winterhulp: geld inzamelen voor arme Nederlanders, maar het was ook reclame voor de NSB.

De Zuidlanders gaven daar niet zo graag aan. De kinderen op straat zongen soms dit versje:

Ik geef liever een tientje aan Willemientje,
dan een knoop van mijn gulp
aan de Winterhulp.

Je moest toch wel voorzichtig zijn met het zingen van dit soort liedjes, want een NSB-er kan je horen en gaan klagen bij de meester. De Christelijke school aan de Nijverheidsstraat (nu een parkeerplaats achter restaurant De Lange Muur) telde een paar honderd leerlingen. Er was wel een schoolplein, maar er werd ook veel gespeeld op de Breedstraat. Het is gebeurd dat de kinderen, uitwaaierend over de Breedstraat dit versje zongen, soms met honderden tegelijk:

Schuitje varen over de zee.
Zeg jongens ga je mee?
Zeg jongens ga je mee?
En als je dan niet mee wil gaan
moet je uit mijn schuitje gaan!

Nu was Hitler in die tijd nog vast van plan om met een heleboel schepen over te varen naar Engeland om dat te verslaan, en een felle NSB-er dacht dat de school kinderen met 'Schuitje varen... ' een spotliedje op Hitler zongen. Hij is gaan klagen bij de schoolleiding. Het liedje mocht niet meer op straat gezongen worden. Overigens, dit versje had echt niets te maken met een Duitse oversteek naar Engeland, of een Engelse oversteek naar Duitsland.

Op 5 september komen dan de eerste 'vaste' Duitsers in Zuidland. Het was (waarschijnlijk) de bemanning van het zoeklicht. De Zuidlanders werden gedwongen deze soldaten onderdak te geven en opslag voor hun spullen. De toenmalige eigenaar van Langeslop 100 (later de kapperswinkel van Overgaauw) moest 19 fietsen herbergen, een boer aan de Gooidijk 16 paarden, een boer aan de Stationsweg 45 soldaten (voor 10 dagen).

1941
Aan het einde van 1940 waren rondom Zuidland wel eens bommen gevallen, misschien wel om het zoeklicht uit te schakelen, maar heel ernstig was dat meestal niet. In 1941 ging dat bombarderen van de Engelsen wel door. Van der Pols noteert dat telkens.

10 februari: 6 bommen gevallen, geen schade.
15 februari vier bommen verwoesten vier druivenserres van de familie Sevenhoven aan de Beeldsweg. (Nu staan daar huizen)
2 maart enkele bommen bij Biert.
17 maart bommen bij Abbenbroek, benzine in brand bij Pernis.
18 maart bommen te Zuidland.
19 maart bommen, afweer, om 22.00 uur ging het licht uit.

Dan Is het even een paar weken stil, maar op 20 april begint het weer. Op 10 met voert een Engels jachtvliegtuig een beschieting uit op het zoeklicht te Zuidland. Een vreemd bericht tussendoor is dit:

27 mei, Engelse vlieger te Simonshaven begraven, was ongeveer jaar geleden daar gevallen.

Deze dode was dus wel heel laat gevonden. Lang niet alle Engelse vliegers overleefden de tocht naar de bezette gebieden of naar Duitsland.

18 juni Is een verschrikkelijke dag geworden voor ons dorp. Om kwart over een 's nachts laat een bommenwerper een spoor van bommen vallen: de uitwerking in het dorp was vreselijk! Burgemeester van Andel schrijft in zijn verslag:

"In de nacht van dinsdag 17 op woensdag 18 juni 1941 verscheen boven de kom van het dorp Zuidland een vliegtuig, dat niet minder dat 14 of 16 bommen, zogenaamde 'lichte', dus van 50 kilo per stuk liet vallen. Het waren brisantbommen. De uitwerking was vreselijk.

Ruim 200 woningen werden getroffen. Tien werden volledig met de grond gelijk gemaakt. Vele andere zwaar beschadigd en de meeste kregen grote en minder grote glasschade. Drie burgers worden gedood. Een jonge vrouw, die in verwachting was van haar tweede kind (haar graf kun je nog vinden op de begraafplaats aan de Raadhuisstraat) en nog een man en een vrouw. De laatste twee zijn nog levend naar het Diaconessenhuis in Rotterdam gebracht, waar zij echter beiden al heel spoedig zijn overleden. Voorts waren er - tot grote verbazing van iedereen - slechts drie zwaargewonden, die er het leven echter alle hebben afgebracht en met wie het – naar omstandigheden - zeer goed gaat."

De op 6 juni 1940 omgekomen vliegers liggen begraven in Simonshaven.
Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant

Uit de krant