Afbeelding
Foto: stock

Wuivende ladder

Column 858 keer gelezen

Toen ik haar voor het eerst zag, zat ze in een knalrode overall met een absurd grote hengel op haar gemakje te vissen. Een veel te grote hengel voor zo'n klein vrouwtje, dacht ik. Ik hoopte maar dat ze geen vette karper aan de haak zou slaan, want volgens mij zou ze dan met hengel en al de sloot in kukelen.

Elke dag wandelde ik, als ik mijn hond uitliet, langs haar huis. En ik kwam er al snel achter dat ik dat breekbaar ogende vrouwtje verkeerd had ingeschat. In de jaren dat ik haar met bewondering en vaak ook geamuseerd gadesloeg, zag ik een vrouw die niet voor een kleintje vervaard was. Haar tuintje lag zo schuin tegen de dijk aan dat ze de nodige capriolen uit moest halen om dat stukje grond te bewerken. Terwijl ze zich met een hand vasthield aan het hek dat langs de dijk naar beneden liep, plukte ze met de andere hand het onkruid tussen haar planten uit. Ook haar ramen lapte ze tot op hoge leeftijd zelf. Dan stond ze op de bovenste trede van een krakkemikkige ladder en hield ze ook nog een hand over om opgewekt naar me te zwaaien. En dat die ladder dan behoorlijk stond mee te wiebelen en wuiven dat deerde haar niet. Haar grijze krullen dansten jolig mee met haar vrolijke lach, terwijl mijn hart drie slagen oversloeg!

In de loop der jaren veranderde er veel in mijn leven. Ik werd moeder en liep voortaan met mijn hond en een kinderwagen langs haar huis. Die kinderwagen maakte plaats voor fietsjes. Daarna kwamen de stepjes en de skateboards. En toen hadden mijn pubers wel wat beters te doen dan wandelen met moeders. De hond werd ouder, overleed. En er kwam weer een andere hond. Maar wat al die jaren niet veranderde was het vrouwtje in het huis aan de dijk. Altijd was ze druk in de weer rond haar huis. Of zat ze te vissen op haar klapstoeltje langs de slootkant.

Ergens was die constante aanwezigheid van haar wel een steun voor mij. Het had iets geruststellends. Wat er ook gebeurde in mijn leven, hoe hectisch het soms ook was, zij was er. En elke dag zwaaiden we even naar elkaar als ik langsliep, jarenlang.

Nog niet zolang geleden kreeg het dijkhuis een andere bewoner. De verbouwing werd grondig aangepakt. Puin, planken, stukken mintgroen behang, van alles verdween in de afvalcontainer die voor het huis stond. Bovenop de stapel lag de gammele ladder.

Ik wandel elke dag nog over de dijk. En ik kan er maar niet aan wennen. Aan dat huis op de dijk zonder dat stoere vrouwtje in die rode overall en die veel te grote hengel.

Josje

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant

Uit de krant